BBB-Kamerlid Mona Keijzer bekritiseert kabinet over negeren WHO-motie

BBB-Kamerlid Mona Keijzer uitte dinsdag 21 mei scherpe kritiek op het handelen van het demissionaire kabinet. Het debat ging over het negeren van de motie-Keijzer over uitstel vragen voor de stemming over het WHO-Pandemieverdrag. BBB wil dat het besluit om in te stemmen komt te liggen bij het nieuwe kabinet.

“Voorzitter, dit debat gaat op zichzelf niet direct over de inhoud van de WHO Pandemische Afspraak of de wijzigingen van de Internationale Gezondheidsregels, wat ik vorige keer de pandemieverdragen heb genoemd. Hoewel, en dat is ook goed om hier te benadrukken, de inhoud van deze internationale afspraken voor mij wel leidend zijn, de reden zijn waarom ik hier sta. Het debat vandaag gaat over het naast zich neerleggen door de regering van de motie Keijzer c.s., die ik samen met mevrouw Jansen van de NSC en mevrouw Agema van de PVV een tijdje geleden indiende. En, Voorzitter, eerlijk is eerlijk, een regering mag dat. Maar dan moet je wel heel goede redenen hebben en de Kamer kunnen overtuigen. En Voorzitter, dat luistert dus nauw.”

Brief is beschamend en beledigend’
Keijzer hekelde de brief van 13 mei waarin de regering aangaf de motie niet uit te voeren. “Laat ik daarom beginnen met nogal een harde uitspraak: de brief van 13 mei jongstleden, waarin de regering in zo’n twee kantjes indirect tot de conclusie kwam dat ze die motie niet uitvoeren, was wat mij betreft beschamend en ook beledigend. Het kwam er met zoveel woorden op neer dat Nederland internationaal een toonaangevende rol speelt en omdat er EU-consensus is, de regering ook voor instemming is.”

Wat betekent dit voor Nederland?
Ze riep de regering op om sterker te onderhandelen en internationale regelgeving kritisch te beoordelen op hun impact voor Nederland. “Wordt het niet eens tijd om de woorden die de minister-president afgelopen woensdag in deze Kamer herhaalde, te verwerken, namelijk dat internationaal de discussie heel anders gevoerd wordt, namelijk dat andere landen een uitgesproken hekel aan ons hebben. Dus wordt het niet eens tijd, zeg ik tegen deze minister en in het kielzog van haar ook andere leden van het kabinet, Voorzitter, om eens wat harder te onderhandelen? Is het niet verstandig internationale regelgeving op zijn waarde te beoordelen? En kijken wat deze voor de Nederlandse samenleving en het Nederlands volk betekent?”

Definitie van pandemische noodsituatie
Keijzer wees op de nog steeds lopende onderhandelingen over de definitie van een pandemische noodsituatie. “In de voorgestelde tekst van 17 april staat dus een definitie die nog steeds bediscussieerd wordt. De minister leest in die definitie trouwens dat het gaat over een pandemie met aanvullende voorwaarden. Wij lezen hem anders, het is het stadium voordat er sprake is van een pandemie die afgekondigd wordt door de directeur-generaal van de WHO en dus ook gepaard gaat met alle bevoegdheden die daar mee samengaan. Een definitie trouwens, Voorzitter, die in november ’22 nog niet eens in de tekst stond.”

Risico’s van instemmen tijdens de WHA van 27 mei
Volgens Keijzer stelt de regering dat er tijdens de aankomende World Health Assembly (WHA) alleen met de tekst wordt ingestemd, waarna er nog juridische en taalkundige verfijningen zullen plaatsvinden. “Maar Voorzitter, wanneer je dus 1 juni ingestemd hebt, kan je bijna niet anders dan op dat ceremoniële moment te tekenen. En ik weet hoe dit soort vergaderingen verlopen. Blij en opgelucht dat het internationale gesprek gaande is en dat iedereen weer tot overeenstemming is gekomen en elkaar gevonden heeft, feliciteert men elkaar. Ga dan nog maar eens iets anders zeggen bij de ondertekening, Voorzitter.”

Ze waarschuwde dat het pandemische verdrag voortbouwt op de definitie in de aanpassing van het IHR en dat dit bijna onvermijdelijk leidt tot goedkeuring. “Dat in Nederland belangenorganisaties vervolgens naar de rechter stappen moet voor ons een reden zijn hier heel goed over na te denken. En daarom, Voorzitter, volhard ik in mijn stelling: dit proces kan zo niet en ik verneem graag van de minister dat zij dit deelt. Dat zij aanstaande WHA-congres niet in zal stemmen namens Nederland met het resultaat wat de BBB betreft en wat volgens mij ook een uitspraak van de Kamer is, Voorzitter.”

Toezegging minister, stemming volgt later
In de tweede termijn van het debat diende Mona Keijzer, samen met PVV, NSC én SGP, een motie in met het volgende verzoek: “verzoekt de minister zich kenbaar te onthouden van accorderen van het onderhandelingsresultaat tijdens de aanstaande WHA” – De minister gaf deze motie oordeel Kamer en kreeg een toezegging van de minister. Hiermee ligt het besluit om in te stemmen bij het nieuwe kabinet. Vanavond rond 21.00 uur zijn de stemmingen in de Tweede Kamer, waar ook over deze motie gestemd zal worden.

Bekijk hier onder de inbreng en interrupties van BBB-Kamerlid Mona Keijzer terug.

BBB_Mona_Keijzer_WHO-motie

BBB-Kamerlid Mona Keijzer bekritiseert kabinet over negeren WHO-motie

BBB_Mona_Keijzer_WHO-motie

BBB-Kamerlid Mona Keijzer uitte dinsdag 21 mei scherpe kritiek op het handelen van het demissionaire kabinet. Het debat ging over het negeren van de motie-Keijzer over uitstel vragen voor de stemming over het WHO-Pandemieverdrag. BBB wil dat het besluit om in te stemmen komt te liggen bij het nieuwe kabinet.

“Voorzitter, dit debat gaat op zichzelf niet direct over de inhoud van de WHO Pandemische Afspraak of de wijzigingen van de Internationale Gezondheidsregels, wat ik vorige keer de pandemieverdragen heb genoemd. Hoewel, en dat is ook goed om hier te benadrukken, de inhoud van deze internationale afspraken voor mij wel leidend zijn, de reden zijn waarom ik hier sta. Het debat vandaag gaat over het naast zich neerleggen door de regering van de motie Keijzer c.s., die ik samen met mevrouw Jansen van de NSC en mevrouw Agema van de PVV een tijdje geleden indiende. En, Voorzitter, eerlijk is eerlijk, een regering mag dat. Maar dan moet je wel heel goede redenen hebben en de Kamer kunnen overtuigen. En Voorzitter, dat luistert dus nauw.”

Brief is beschamend en beledigend’
Keijzer hekelde de brief van 13 mei waarin de regering aangaf de motie niet uit te voeren. “Laat ik daarom beginnen met nogal een harde uitspraak: de brief van 13 mei jongstleden, waarin de regering in zo’n twee kantjes indirect tot de conclusie kwam dat ze die motie niet uitvoeren, was wat mij betreft beschamend en ook beledigend. Het kwam er met zoveel woorden op neer dat Nederland internationaal een toonaangevende rol speelt en omdat er EU-consensus is, de regering ook voor instemming is.”

Wat betekent dit voor Nederland?
Ze riep de regering op om sterker te onderhandelen en internationale regelgeving kritisch te beoordelen op hun impact voor Nederland. “Wordt het niet eens tijd om de woorden die de minister-president afgelopen woensdag in deze Kamer herhaalde, te verwerken, namelijk dat internationaal de discussie heel anders gevoerd wordt, namelijk dat andere landen een uitgesproken hekel aan ons hebben. Dus wordt het niet eens tijd, zeg ik tegen deze minister en in het kielzog van haar ook andere leden van het kabinet, Voorzitter, om eens wat harder te onderhandelen? Is het niet verstandig internationale regelgeving op zijn waarde te beoordelen? En kijken wat deze voor de Nederlandse samenleving en het Nederlands volk betekent?”

Definitie van pandemische noodsituatie
Keijzer wees op de nog steeds lopende onderhandelingen over de definitie van een pandemische noodsituatie. “In de voorgestelde tekst van 17 april staat dus een definitie die nog steeds bediscussieerd wordt. De minister leest in die definitie trouwens dat het gaat over een pandemie met aanvullende voorwaarden. Wij lezen hem anders, het is het stadium voordat er sprake is van een pandemie die afgekondigd wordt door de directeur-generaal van de WHO en dus ook gepaard gaat met alle bevoegdheden die daar mee samengaan. Een definitie trouwens, Voorzitter, die in november ’22 nog niet eens in de tekst stond.”

Risico’s van instemmen tijdens de WHA van 27 mei
Volgens Keijzer stelt de regering dat er tijdens de aankomende World Health Assembly (WHA) alleen met de tekst wordt ingestemd, waarna er nog juridische en taalkundige verfijningen zullen plaatsvinden. “Maar Voorzitter, wanneer je dus 1 juni ingestemd hebt, kan je bijna niet anders dan op dat ceremoniële moment te tekenen. En ik weet hoe dit soort vergaderingen verlopen. Blij en opgelucht dat het internationale gesprek gaande is en dat iedereen weer tot overeenstemming is gekomen en elkaar gevonden heeft, feliciteert men elkaar. Ga dan nog maar eens iets anders zeggen bij de ondertekening, Voorzitter.”

Ze waarschuwde dat het pandemische verdrag voortbouwt op de definitie in de aanpassing van het IHR en dat dit bijna onvermijdelijk leidt tot goedkeuring. “Dat in Nederland belangenorganisaties vervolgens naar de rechter stappen moet voor ons een reden zijn hier heel goed over na te denken. En daarom, Voorzitter, volhard ik in mijn stelling: dit proces kan zo niet en ik verneem graag van de minister dat zij dit deelt. Dat zij aanstaande WHA-congres niet in zal stemmen namens Nederland met het resultaat wat de BBB betreft en wat volgens mij ook een uitspraak van de Kamer is, Voorzitter.”

Toezegging minister, stemming volgt later
In de tweede termijn van het debat diende Mona Keijzer, samen met PVV, NSC én SGP, een motie in met het volgende verzoek: “verzoekt de minister zich kenbaar te onthouden van accorderen van het onderhandelingsresultaat tijdens de aanstaande WHA” – De minister gaf deze motie oordeel Kamer en kreeg een toezegging van de minister. Hiermee ligt het besluit om in te stemmen bij het nieuwe kabinet. Vanavond rond 21.00 uur zijn de stemmingen in de Tweede Kamer, waar ook over deze motie gestemd zal worden.

Bekijk hier onder de inbreng en interrupties van BBB-Kamerlid Mona Keijzer terug.